Nom.: der ideelle|ein ideeller|— ideeller Akk.: den ideellen|einen ideellen|— ideellen Dat.: dem ideellen|einem ideellen|— ideellem Gen.: des ideellen|eines ideellen|— ideellen Nom.: der ideellere|ein ideellerer|— ideellerer Akk.: den ideelleren|einen ideelleren|— ideelleren Dat.: dem ideelleren|einem ideelleren|— ideellerem Gen.: des ideelleren|eines ideelleren|— ideelleren Nom.: der ideellste|ein ideellster|— ideellster Akk.: den ideellsten|einen ideellsten|— ideellsten Dat.: dem ideellsten|einem ideellsten|— ideellstem Gen.: des ideellsten|eines ideellsten|— ideellsten
Femininum
Nom.: die ideelle|eine ideelle|— ideelle Akk.: die ideelle|eine ideelle|— ideelle Dat.: der ideellen|einer ideellen|— ideeller Gen.: der ideellen|einer ideellen|— ideeller Nom.: die ideellere|eine ideellere|— ideellere Akk.: die ideellere|eine ideellere|— ideellere Dat.: der ideelleren|einer ideelleren|— ideellerer Gen.: der ideelleren|einer ideelleren|— ideellerer Nom.: die ideellste|eine ideellste|— ideellste Akk.: die ideellste|eine ideellste|— ideellste Dat.: der ideellsten|einer ideellsten|— ideellster Gen.: der ideellsten|einer ideellsten|— ideellster
Neutrum
Nom.: das ideelle|ein ideelles|— ideelles Akk.: das ideelle|ein ideelles|— ideelles Dat.: dem ideellen|einem ideellen|— ideellem Gen.: des ideellen|eines ideellen|— ideellen Nom.: das ideellere|ein ideelleres|— ideelleres Akk.: das ideellere|ein ideelleres|— ideelleres Dat.: dem ideelleren|einem ideelleren|— ideellerem Gen.: des ideelleren|eines ideelleren|— ideelleren Nom.: das ideellste|ein ideellstes|— ideellstes Akk.: das ideellste|ein ideellstes|— ideellstes Dat.: dem ideellsten|einem ideellsten|— ideellstem Gen.: des ideellsten|eines ideellsten|— ideellsten
Plural
Nom.: die ideellen|(keine) ideellen|— ideelle Akk.: die ideellen|(keine) ideellen|— ideelle Dat.: den ideellen|(keinen) ideellen|— ideellen Gen.: der ideellen|(keiner) ideellen|— ideeller Nom.: die ideelleren|(keine) ideelleren|— ideellere Akk.: die ideelleren|(keine) ideelleren|— ideellere Dat.: den ideelleren|(keinen) ideelleren|— ideelleren Gen.: der ideelleren|(keiner) ideelleren|— ideellerer Nom.: die ideellsten|(keine) ideellsten|— ideellste Akk.: die ideellsten|(keine) ideellsten|— ideellste Dat.: den ideellsten|(keinen) ideellsten|— ideellsten Gen.: der ideellsten|(keiner) ideellsten|— ideellster
