Nom.: der aseptische|ein aseptischer|— aseptischer Akk.: den aseptischen|einen aseptischen|— aseptischen Dat.: dem aseptischen|einem aseptischen|— aseptischem Gen.: des aseptischen|eines aseptischen|— aseptischen Nom.: der aseptischere|ein aseptischerer|— aseptischerer Akk.: den aseptischeren|einen aseptischeren|— aseptischeren Dat.: dem aseptischeren|einem aseptischeren|— aseptischerem Gen.: des aseptischeren|eines aseptischeren|— aseptischeren Nom.: der aseptischste|ein aseptischster|— aseptischster Akk.: den aseptischsten|einen aseptischsten|— aseptischsten Dat.: dem aseptischsten|einem aseptischsten|— aseptischstem Gen.: des aseptischsten|eines aseptischsten|— aseptischsten
Femininum
Nom.: die aseptische|eine aseptische|— aseptische Akk.: die aseptische|eine aseptische|— aseptische Dat.: der aseptischen|einer aseptischen|— aseptischer Gen.: der aseptischen|einer aseptischen|— aseptischer Nom.: die aseptischere|eine aseptischere|— aseptischere Akk.: die aseptischere|eine aseptischere|— aseptischere Dat.: der aseptischeren|einer aseptischeren|— aseptischerer Gen.: der aseptischeren|einer aseptischeren|— aseptischerer Nom.: die aseptischste|eine aseptischste|— aseptischste Akk.: die aseptischste|eine aseptischste|— aseptischste Dat.: der aseptischsten|einer aseptischsten|— aseptischster Gen.: der aseptischsten|einer aseptischsten|— aseptischster
Neutrum
Nom.: das aseptische|ein aseptisches|— aseptisches Akk.: das aseptische|ein aseptisches|— aseptisches Dat.: dem aseptischen|einem aseptischen|— aseptischem Gen.: des aseptischen|eines aseptischen|— aseptischen Nom.: das aseptischere|ein aseptischeres|— aseptischeres Akk.: das aseptischere|ein aseptischeres|— aseptischeres Dat.: dem aseptischeren|einem aseptischeren|— aseptischerem Gen.: des aseptischeren|eines aseptischeren|— aseptischeren Nom.: das aseptischste|ein aseptischstes|— aseptischstes Akk.: das aseptischste|ein aseptischstes|— aseptischstes Dat.: dem aseptischsten|einem aseptischsten|— aseptischstem Gen.: des aseptischsten|eines aseptischsten|— aseptischsten
Plural
Nom.: die aseptischen|(keine) aseptischen|— aseptische Akk.: die aseptischen|(keine) aseptischen|— aseptische Dat.: den aseptischen|(keinen) aseptischen|— aseptischen Gen.: der aseptischen|(keiner) aseptischen|— aseptischer Nom.: die aseptischeren|(keine) aseptischeren|— aseptischere Akk.: die aseptischeren|(keine) aseptischeren|— aseptischere Dat.: den aseptischeren|(keinen) aseptischeren|— aseptischeren Gen.: der aseptischeren|(keiner) aseptischeren|— aseptischerer Nom.: die aseptischsten|(keine) aseptischsten|— aseptischste Akk.: die aseptischsten|(keine) aseptischsten|— aseptischste Dat.: den aseptischsten|(keinen) aseptischsten|— aseptischsten Gen.: der aseptischsten|(keiner) aseptischsten|— aseptischster
